Klimaatadaptatie, de woningbouwopgave en de stikstofaanpak. Nederland staat de komende jaren voor grote opgaven. Hoe pak je zulke urgente kwesties aan? Het antwoord van de Rijksoverheid: integrale gebiedsontwikkeling. Een benadering waarbij opgaven in een gebied in samenhang met elkaar worden aangepakt. En waarbij nationale regie op opgaven wordt gecombineerd met regionale ruimte voor oplossingen. Maar deze veelbelovende aanpak staat onder druk door ‘de problematische stapeling van bureaucratieën’, aldus Koos Beurskens.
Zo’n integrale aanpak zien we bij het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) en de herijkte opdracht voor Integraal Riviermanagement (IRM). Een mooi praktijkvoorbeeld is het project Meanderende Maas. Vanaf het begin van dit project verbindt men in dit gebied de waterveiligheidsopgave aan de opgaven en kansen voor natuur, recreatie, cultuurhistorie en beroepsscheepvaart. Op die manier hoeft het gebied maar één keer op de schop. Bovendien creëer je met deze benadering draagvlak voor grote ingrijpende ruimtelijke maatregelen.
Rijksprogramma’s met eigen spelregels
Door haar integrale aanpak heeft Meanderende Maas te maken met meerdere Rijksprogramma’s die zich richten zich op specifieke opgaven. Zo legt het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) zich toe op hoogwaterveiligheid. De Kaderrichtlijn Water (KRW) richt zich op ecologie en waterkwaliteit. En de Programmatische Aanpak Grote Wateren (PAGW) focust op rivier-natuur.
De programma’s hebben een vergelijkbaar verloop, maar wel hun eigen spelregels. Zo stelt elk programma andere eisen aan procesinrichting, fasering, financiering en verantwoording. Dat brengt een enorme administratieve last met zich mee. Door deze ‘stapeling van bureaucratieën’ komen integrale projecten vaak veel trager van de grond. Het gevolg? Ze duren langer en de kosten nemen toe. En dat in een tijd dat menskracht schaars is en het tempo van de uitvoering omhoog moet.
Dit moet efficiënter
Dit moet dus efficiënter. En dit kán ook efficiënter. De drie eerder genoemde programma’s vallen bijvoorbeeld onder dezelfde minister. Het afstemmen van de spelregels van deze programma’s moet dan goed mogelijk zijn. Een relevante stap om te zetten, nu het Rijk in NOVEX-gebieden, het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) en IRM de regionale uitvoeringskracht aanspreekt met integrale gebiedsontwikkeling. De vraag naar integrale gebiedsontwikkeling zal bovendien toenemen door de NOVI-principes. Gebieden met meervoudige opgaven krijgen daardoor voorrang op gebieden met enkelvoudige opgaven.
Stroomlijning en harmonisatie
Een voortvarende implementatie van integrale gebiedsontwikkeling vraagt om stroomlijning en harmonisatie van de procesvereisten van Rijksprogramma’s. De brug slaan tussen verschillende departementen en/of directoraten wordt dus steeds noodzakelijker. Het is een essentiële stap om tot versnelling van gebiedsontwikkeling te komen, zónder de hinderlijke stapeling van bureaucratieën.
Artist impression van Meanderende Maas, een voorbeeld van een
project waarin de waterveiligheidsopgave in een gebied wordt
verbonden aan de opgaven en kansen voor natuur, recreatie,
cultuurhistorie en beroepsscheepvaart.
Overzicht Maas
In de meeste projecten langs de Maas staan meerdere opgaven c.q. beleidsdoelen centraal. Het Overzicht Maas maakt dit in één oogopslag duidelijk. Uit het kaartbeeld is af te leiden welke opgaven centraal staan in 36 projecten langs de Maas. De grootte van de taartpunten verwijst naar de omvang van opgaven ten opzichte van elkaar. Uit het kaartbeeld is ook af te leiden in welke fase de projecten zich bevinden: onderzoek, (voor)verkenning, planuitwerking of realisatie. Verder belicht het kaartbeeld de programmering van de dijkversterkingsprojecten uit het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP). Lees meer