Deze website bevat het nieuws(archief) van Deltaprogramma Maas en de mogelijkheid je in te schrijven voor de Maasinformatiebrief. Meer weten over het Deltaprogramma Maas?

Een duik in de toekomst met de tussenbalans van het kennisprogramma Zeespiegelstijging

Nieuwe activiteiten in relatie tot zeespiegelstijging en ruimte voor toekomstige oplossingen.

We spraken met Jos van Alphen over de tussenbalans Kennisprogramma Zeespiegelstijging. Deze werd bekend gemaakt tijdens het Nationaal Deltacongres op 9 november.

Van huis uit is Jos fysisch geograaf en heeft bij de staf Deltacommissaris de portefeuille kennis management, waarbij hij verantwoordelijk is voor Strategie en Kennis. Bij kennismanagement hoort ook het organiseren van het onderzoek dat voor het hele deltaprogramma belangrijk is. Het kennisprogramma zeespiegelstijging is zo’n groot en omvangrijk vraagstuk dat het relevant is voor het hele deltaprogramma.

Jos vindt het fascinerend hoe grote watersystemen zich gedragen onder invloed van klimaatverandering en daarbij horende zeespiegelstijging. Hij verkent graag wat we als mens het best kunnen doen om ons daarop voor te bereiden en zo weinig mogelijk last van te ondervinden.

Kennisprogramma Zeespiegelstijging
In 2016 verschenen er in de wetenschappelijke literatuur voor het eerst publicaties dat het landijs op Antarctica veel sneller zou kunnen smelten dan we tot dan toe mogelijk hadden gehouden. Als gevolg daarvan zou de zeespiegelstijging ook sneller gaan dan we tot nu toe hebben gedacht en meegemaakt. Dat was toen nog een controversieel onderwerp en er was nog veel discussie in de wetenschap. De deltacommissaris snapte dat het potentieel veel gevolgen voor Nederland zou kunnen hebben. Deltares is gevraagd om in kaart te brengen wat dit in NL zou kunnen betekenen. Dat heeft ertoe geleid dat de Deltacommissaris en minister van I&W besloten om daar een uitgebreid kennisprogramma voor te starten in 2019.

Het kennisprogramma zeespiegelstijging is gericht op het ontwikkelen van meer kennis over de onzekerheden rondom zeespiegelstijging. Het programma onderzoekt verder in hoeverre de huidige strategieën en beslissingen voor het deltagebied toereikend zijn bij meer extreme zeespiegelstijging. Ook richt het programma zich op het verkennen van alternatieve strategieën voor de verre toekomst.

“Dit gaat echt over de toekomst van ons land. Op allerlei terreinen, denk bijvoorbeeld aan grote investeringsagenda’s woningbouw, is er behoefte aan een toekomstvisie. Daar levert het kennisprogramma zeespiegelstijging belangrijke bouwstenen voor.”

De staf Deltacommissaris werkt samen met Rijkswaterstaat en het ministerie van I&W, KNMI en Deltares aan het kennisprogramma. RWS en het ministerie kijken vooral naar het bestaande beleid en hoe lang we met de huidige strategieën kunnen doorgaan. Vanuit de staf kijken we op een verdere tijdshorizon en als de zeespiegelstijging meer dan 2 à 3 meter is. We onderzoeken wat mogelijk is als de bestaande strategie zijn grens bereikt. We proberen lange termijn oplossingsrichtingen in beeld te brengen. Onafhankelijk van waar je straks voor kiest, zijn er zaken die er sowieso op ons afkomen waar je rekening mee moet houden. Dat is waterpeilstijging, verzilting en het versterken en verhogen van dijken.

“Het is belangrijk om zicht te hebben op waterpeilstijging, verzilting en de ruimte die je nodig gaat hebben voor het verhogen van dijken, omdat er de komende jaren ook veel ruimte nodig gaat zijn voor landbouw, natuurherstel, woningbouw. Je wilt voorkomen dat de ruimte die we nodig hebben voor bovengenoemde oplossingen dan weg is.”

Het kennisprogramma is gestoeld op vier vragen:

  • Wat komt er op ons af? Wat kunnen we verwachten qua zeespiegelstijging en welke onzekerheden zijn er. Hierin werken we samen met het KNMI en zij baseren hun bevindingen weer op IPCC rapporten.
  • Als dit de stijging is, hoe lang kunnen we dan met de bestaande strategie uit de voeten. En wat moeten we daarvoor inzetten? Denk bijvoorbeeld aan zandbehoefte en hoeveel geld is er nodig?
  • En als de huidige strategie tegen grens aanloopt, wat kan daarna? Wat moeten we doen en laten om die oplossingen straks nog te laten uitvoeren door toekomstige generaties.
  • Hoe gaan we dat dan allemaal organiseren? Daar kunnen heel andere typen besluitvorming voor nodig zijn en mogelijk ook een andere governance dan we gewend zijn. Veel meer partijen meenemen in ingrijpende keuzes. Goed over informeren, communiceren en open staan voor reacties.

Gefundeerde bijdragen aan discussies over dilemma’s in het ruimtegebruik in Nederland
We kunnen met de beste modellen die we hebben en de meest actuele kennis, uitspraken doen over wat we aankunnen met bepaalde zeespiegelstijging. We kunnen nu gefundeerde uitspraken doen in de discussies in de media over de dilemma’s in het ruimtegebruik in Nederland. We weten nu bijvoorbeeld hoeveel zand we nodig hebben, dát we genoeg ruimte moeten reserveren en hoeveel ruimte we dan moeten reserveren. We hebben bijvoorbeeld langs de dijken ruimte nodig om die dijken te kunnen versterken.

Het is essentieel dat de inzichten in de tussenbalans gedeeld zijn met de mensen die bezig zijn met de nota Ruimte, waarin de toekomstige inrichting van Nederland besproken wordt. Het is belangrijk dat er in die ruimtelijke plannen rekening wordt gehouden met zeespiegelstijging, meer wateroverlast en verzilting.

Wat betekenen de resultaten van de tussenbalans voor de Maas?
De belangrijkste consequentie voor de Maas is dat buitendijkse gebieden vaker en dieper onder water zullen komen te staan. Door zeespiegelstijging zal de waterstand in de benedenloop van de Maas vaker hoger oplopen.

De Maas komt in haar benedenloop namelijk terecht in het Hollands Diep en daar moet het Maaswater de zee in. Nu wordt het Maaswater via de Haringvlietsluizen afgevoerd. Maar naarmate de zeespiegel gaat stijgen zullen de Haringvlietsluizen vaker sluiten en wordt het moeilijker om dat water ook met eb te laten wegstromen. Als een periode van gesloten Haringvlietsluis samenvalt met hoog water op Maas, ben je beschermd voor hoogwater op zee, maar dan zou je rond de rivieren een overstroming kunnen krijgen. Dus we moeten nadenken hoe we het rivierwater van Maas en Rijn kunnen kwijtraken.

Het Volkerak-Zoommeer is nu ingericht voor de berging van overtollig rivierwater. Die berging zal dan vaker worden gebruikt, maar we hebben misschien meer bergingsmogelijkheden nodig, bijvoorbeeld in de Grevelingen. En als je geen of onvoldoende bergingsmogelijkheden kan creëren, moet je de dijken verhogen of extra pompen plaatsen om het water weg te krijgen.

Wat zijn de volgende stappen in het proces?
We hebben nu in beeld gebracht hoe lang we in technische zin met de strategieën vooruit kunnen.

“We kunnen het technisch aan tot een zeespiegelstijging van 3 meter, maar dat iets technisch kan wil niet zeggen dat het financieel en maatschappelijk kan.”

Technische oplossingen kunnen grote gevolgen hebben voor natuurwaarde, scheepvaart en landbouw. Meer verzilting met gevolgen voor de landbouw. Natuur gaat verloren doordat gebieden onder water komen. En die onderwerpen willen we het komende jaar beter in beeld brengen: wat zijn de gevolgen van de stijging voor andere ruimtevragers en hoe zit het met de uitvoerbaarheid van maatregelen? We willen met zogenaamde adaptatiepaden in beeld brengen hoe we verschillende type maatregelen in de loop van tijd kunnen invoeren om toch met de zeespiegelstijging om te gaan.  Wat zijn de uitdagingen, welke maatregelen moeten we inzetten, en wat moeten we nu doen zodat we die maatregelen daadwerkelijk nog kunnen inzetten in de toekomst?

Meer weten?
Wil je meer weten over het kennisprogramma? Neem dan een kijkje in de online brochure van het kennisprogramma.

Overige berichten